Tijdens een schaakwedstrijd die officieel is, moet je noteren!
Dat betekent dat je de zetten opschrijft die je doet, een notatie van een zet bestaat uit een aantal dingen:
-Allereerst: het stuk waarmee je zet, voor de koning is dat K, voor de dame D, voor de toren T, enz. Alleen de pion heeft geen letter ervoor staan!
-Daarna: Je kunt 2 gevallen hebben, als je iets slaat moet je nu een kruisje neerzetten, als je niets slaat hoef je niets neer de zetten
-Vervolgens: Het veld waar je je stuk heen zet, dus bijvoorbeeld D6, A8 enz.
-Ten slotte: Je kunt hier weer kiezen uit 3 gevallen, Als je mat hebt gezet, moet je een Hekje neerzetten (#). Als je schaak hebt gezet een plusje (+), en als je niets van die 2 hebt, moet er niets achter zetten.
Let op: En Passant slaan noteer je erachter als e.p. En als een pion iets slaat, moet je de lijn (A t/m H) ervoor zetten (bijvoorbeeld Hxg6). Let er ook op dat je de d van de d-lijn niet als een hoofdletten schrijft, anders kun je in de war komen met de D van Dame! Als je korte rokade doet, schrijf je 0-0. Bij lange rokade schrijf je 0-0-0.
Je ziet hieronder een paar voorbeelden met notatie erbij!



De witte toren slaat de zwarte toren:
TxF6
De witte dame zet de zwarte koning schaak:
Dd3+
De pion doet twee stapjes:
G4
Maak jouw eigen website met JouwWeb